top of page

Na negen jaar onvrijwillige Spaanse input...

Bijgewerkt op: 29 jun. 2020

Hoe negen jaar onvrijwillige begrijpelijke input toch een groot effect kan hebben.

Wat begon als een experiment ("zou ik gewoon Spaans kunnen gaan praten met mijn kinderen?"), werd een gewoonte. Mijn kinderen spreken geen Spaans terug, maar zoveel input kan gewoon niet zonder gevolgen blijven.


Op een goede dag, negen jaar geleden, besloot ik om voortaan één dag per week Spaans te praten tegen mijn kinderen. Met mijn jongste - toen twee jaar - op schoot had ik een Spaanse variant bedacht op een Nederlands kinderliedje. Hij was er net zo blij mee als met het Nederlandse liedje! Dus dacht ik: "als ik gewoon Spaans tegen hem ga praten, dan vindt hij dat misschien net zo gewoon."


Nu had ik ook nog twee oudere kinderen, op dat moment vijf en zeven jaar oud. Zij moesten er natuurlijk ook aan geloven en vanaf dat moment sprak ik iedere woensdag alleen nog maar Spaans. De verschillen waren enorm; de tweejarige gaf geen sjoege en was net zo blij als altijd. De 7-jarige luisterde aandachtig, interpreteerde de context waarin ik dingen zei en begreep daardoor wel ongeveer wat ik bedoelde. De 5-jarige zat er net tussenin; te jong om analytisch te kunnen luisteren, te oud om gewoon met de stroom mee te gaan. Die arme 5-jarige heeft een half jaar lang iedere woensdag een heftige strijd geleverd met haar moeder: "zeg het nou gewoon in het Nederlands!" Het grote nadeel van een moeder die ineens een bepaald principe heeft: de kinderen lijden daaronder. De moeder overigens ook :-(


Nu is het negen jaar later. Al 8,5 jaar spreek ik drie dagen in de week Spaans. De kinderen hebben niet eens meer door of ik Nederlands of Spaans spreek. Soms vragen ze: "praat je eigenlijk nog wel eens Spaans?" Zelf vertikken ze het overigens om Spaans terug te praten, ze blijven hardnekkig in het Nederlands antwoorden. Maar met haar heilige overtuiging dat begrijpelijke input toch leidt tot taalverwerving, is de moeder stug blijven volhouden. En hé, wat leuk, de oudste, inmiddels 16 jaar, begon op een goede dag de lol ervan in te zien een taal te kunnen spreken die de omstanders niet verstaan. En heeft vervolgens een hele dag aangenaam in het Spaans lopen keuvelen met zijn moeder. Die natuurlijk net deed alsof dat heel normaal was (maak vooral nooit ophef over iets wat een puber doet) en alleen vanbinnen liep te juichen.


De tweede, inmiddels 14 jaar, heeft Spaans op school. Ze moppert altijd hevig dat ze eigenlijk helemaal geen Spaans kan: "want ik moet altijd alle woorden opzoeken en kan nooit bedenken hoe je iets in het Spaans zegt". Deze week moest ze voor school een opstel schrijven over de ontdekking van Latijns-Amerika. Of ik het even wilde nakijken. Ik las de tekst door. Een prima tekst, hier en daar kon een dingetje net iets beter. Maar eerlijk gezegd had ik in eerste instantie helemaal niet door hoe bijzonder dit was. Tot ik bij het gedeelte kwam dat haar klasgenote had geschreven en waar ineens niets meer van te begrijpen was omdat het Nederlandse zinnen waren met Spaanse woorden. Toen pas begreep ik dat ik hier het ultieme bewijs onder ogen had van de kracht van begrijpelijke input. Natuurlijk had ze allerlei woorden moeten opzoeken. Maar in het woordenboek staan altijd meerdere keuzes en zij koos de woorden die het beste klonken voor deze zin. En vervolgens maakte ze met die woorden SPAANSE zinnen! Goed lopende, grotendeels correcte Spaanse zinnen. Geen greintje Nederlands klonk er in door! De tranen sprongen me in de ogen (maar ik hield me in, want je moet nooit huilen over iets fantastisch dat een puber doet).


Dit is één van de prachtigste voorbeelden die ondersteunen wat ik altijd tegen cursisten en mensen in workshops zeg: TPRS is geen methode om 'sneller' een taal te leren. Voor het verwerven van een taal is tijd nodig. En voor het opbouwen van een groot vocabulaire ook. Maar TPRS, of in dit geval 'gewone' begrijpelijke input, maakt leerlingen en cursisten lenig in de taal. Het maakt dat ze met de weinige woorden die ze kennen, of met woorden die ze hebben opgezocht, goede zinnen kunnen vormen. Het maakt dat ze kunnen horen of het 'goed klinkt'.


Ik zou heel graag meer van dit soort voorbeelden lezen, groot of klein. Heb jij zoiets meegemaakt met een leerling of cursist? Schrijf je ervaring dan alsjeblieft hieronder!

105 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven

Comments


bottom of page